In plechtig voorjaarszonlicht
IJsselstein 11.00 u. a.m.
De stille nieuwbouwwijken baden
in plechtig voorjaarszonlicht. In
hun bedjes rusten alle kin-
deren. De vaders naar het werk.
Achter ligusterhagen, onder ramen,
miauwen, met mooie pruiken, met mooie namen
- Mariska, Mady, Saskia, Monique -
de eenzame moeders, de eenzame vrouwen.
in plechtig voorjaarszonlicht. In
hun bedjes rusten alle kin-
deren. De vaders naar het werk.
Achter ligusterhagen, onder ramen,
miauwen, met mooie pruiken, met mooie namen
- Mariska, Mady, Saskia, Monique -
de eenzame moeders, de eenzame vrouwen.
Een herfstwandeling in de Goffert
De zondag is nog net als vroeger. De
boze buien zullen wel overdrijven
als we gaan wandelen in het park.
De kinderen huppelen vooruit,
de vrouwen houden de schone schijn op,
de mannen praten onder grijzende snorren
nors over kruisen en kutten en staren
naar de vallende bladen. In de oost-
hoek loert de avond al. Of is het maar
een ander wolkenfront dat opdringt om
ons straks met nieuwe regen te belagen.
boze buien zullen wel overdrijven
als we gaan wandelen in het park.
De kinderen huppelen vooruit,
de vrouwen houden de schone schijn op,
de mannen praten onder grijzende snorren
nors over kruisen en kutten en staren
naar de vallende bladen. In de oost-
hoek loert de avond al. Of is het maar
een ander wolkenfront dat opdringt om
ons straks met nieuwe regen te belagen.
Picknicken in het Hengstdal
De camera staat midden in het gras
op een statief. We laten een voor een
het eten in de steek en wandelen
er quasi-onverschillig even heen
en kijken door de zoeker. Licht en kleur
sluipen haarscherp door een doolhof van lenzen,
een wirwar van landschap is er te zien,
met overal plukjes kinderen, die
met grote stokken zwaaien, of kaarsrecht,
met opgeheven kin, paadjes aflopen.
In de verte wijst een kerktoren streng
naar een imaginair punt in het zwerk.
op een statief. We laten een voor een
het eten in de steek en wandelen
er quasi-onverschillig even heen
en kijken door de zoeker. Licht en kleur
sluipen haarscherp door een doolhof van lenzen,
een wirwar van landschap is er te zien,
met overal plukjes kinderen, die
met grote stokken zwaaien, of kaarsrecht,
met opgeheven kin, paadjes aflopen.
In de verte wijst een kerktoren streng
naar een imaginair punt in het zwerk.
Perkje irissen
Van
Gogh heeft met
zijn
dolle kop vaak
irissen
geschilderd,
maar
die zijn meer
van het
domein van monsters
en
gedrochten.
Echte
irissen zijn
stijf
en teder, de bloemen
lijken
op toefjes celstof.
Daar
staan ze bij
elkaar,
zo onbewogen en
zo
plichtsgetrouw als agenten
die het
verkeer
regelen
in de ochtendspits.
(Juni 1991)
Lente in de straat
Overal staan de bovenramen open
en dansen dekens in de straffe bries.
De eerste bijen gonzen in de straat.
Zakenlui stoppen bij de stoep om aan
spelende kinderen de weg te vragen.
Knappe huisvrouwen met bezwete haren
staan in de deur bebaarde Surinamers
te woord. Verborgen achter hun vitrages
zitten de oudjes met Indische dames
en knipogen vertrouwelijk en knikken
en glimlachen met hun grote gebitten.
Dan blaast de koude sneeuw over de aarde.
en dansen dekens in de straffe bries.
De eerste bijen gonzen in de straat.
Zakenlui stoppen bij de stoep om aan
spelende kinderen de weg te vragen.
Knappe huisvrouwen met bezwete haren
staan in de deur bebaarde Surinamers
te woord. Verborgen achter hun vitrages
zitten de oudjes met Indische dames
en knipogen vertrouwelijk en knikken
en glimlachen met hun grote gebitten.
Dan blaast de koude sneeuw over de aarde.
“Een koude sneeuw” is géén pleonasme.
Wilde lente
Korenbloemstraat, 1985
Wolken jagen
voorbij. Spreeuwen vallen
als kogels over de tuin.
Opdringerige onderzoekers
- van marketingbureaus of van
de universiteit? -
schreeuwen over de top
van hun stem
van huis naar huis.
Wolken jagen
voorbij. Spreeuwen vallen
als kogels over de tuin.
Opdringerige onderzoekers
- van marketingbureaus of van
de universiteit? -
schreeuwen over de top
van hun stem
van huis naar huis.
Reacties
Een reactie posten