Fontana

 Fontana

Afdalen naar Trastevere
 
Fontein in muur, volmaakte roos! Je hart
leeft op en je vermaakt je dagenlang
 
met scherp te schieten in het natte park.
Ieder schot raakt de schil, zilverpapier
 
schittert krampachtig tussen stam en blad.
De kolonel speelt het spel grijnzend mee.

Miss Scarlett steekt haar handen uit en streelt
je al zo lang, zo lang verlangend vlees.

Bij de rivier ben je nog nooit geweest.
 
Afdalend naar het centrum van Trastevere kom je iedere dag een fontein tegen die in een muur gemetseld is. Je raakt verstrikt in allerlei spelletjes.

Chinese vrouwen op het St. Pietersplein in Rome

Jonge Chinese vrouwen zijn
zo slank als riet, hun botjes zijn
zo broos als glas, gekwebbel is
iets wat ze doen naar hartenlust.
 
Wat zijn ze ontzettend mooi! Ze zijn
wit porselein onder make-up.
Ze lachen allerliefst terwijl
ze schermen met hun selfiestick,
 
hun leven is een lopend feest.
Tot ze zich door een Xi Jinping
of een of andere andere bruut
moeten laten bevruchten. Met
 
betraande poppenogen wachten
ze daarna negen maanden lang
totdat de vliezen breken en
ze, aandoenlijk kermend in de scherpe
 
geboortepijn, hun kindje werpen. 

Niet schuldeloos naar het Pantheon

Met vlaggen wapperend en wimpels stormen
we en met verwaaide groene sjaaltjes over
het plein, het Pantheon in. Binnen is
 
het heet als in een voetbal. Jonge mensen
uit zes windstreken worstelen beschaafd
om honderd plaatsen bij het altaar. Wij,
 
altijd bescheiden, blijven in de rij
staan totdat het volstrekt blijkt uitgesloten
dat Christus opduikt in het middenpad.
 
Maar dan zetten we alle schroom opzij
en vechten met tanden en klauwen bloot
door hoge stapels lijken, totterdood. 

Algoddelijk

Het Pantheon. Algoddelijk. Gewijd
aan een kosmos die we niet meer begrijpen,
waarin de goden als planeten rijden
op een koperen rail:
 
Jupiter, Venus, Mars, Mercurius,
Saturnus, Zon en Maan, als kermispaarden
zijn ze geketend aan hun banen. Maar
als ze het beu zijn, kunnen ze ontsnappen
 
door het gat in de koepel. Naar landschappen
van een bizar, oogverblindend design,
waarin mensen en dieren vreemden zijn.
 
Het gedicht fabuleert over de betekenis van het Pantheon. 

Zalmroze pleisterwerk, doorrookt ivoor

Met Frida schuilen in het Parco Doria Pamphili
 
De nissen voor de standbeelden - ditmaal
van holle redenaars - zijn deels bezet,
deels leeg. We vragen ons niet af wie hier
 
horen te staan, wie niet. Wanneer de wolken
snel komen opzetten, zoeken we ons
een toevlucht waar er plaats is, en terwijl
 
het park ten onder gaat in regenvlagen
stellen we ons, rillend in onze nissen 
- zalmroze pleisterwerk, doorrookt ivoor –,
de onbegrijpelijkste dingen voor.

Royaume des lumières

Capella dei Pamphili
 
Een kleine Russisch-orthodoxe kerk,
een tempeltje, een kapel, verstopt diep in
het park Doria Pamphili: zo fraai,
 
zo excentriek als alles hier. We doen
kieskeurig onze ronde. Hek op slot.
Geen bel. Geen brievenbus. Een tanend licht
 
dat regen aankondigt: de buien die
hier in Rome het wisselgeld zijn van
oktoberzon. En vlakbij waar we staan
 
is er al een lantaarn aangegaan. 



Reacties

Populaire posts van deze blog

Galathea

Goethe

Is dat de weg?

Je minnaar is van papier

Goedemorgen, hekje

Schimmelpenninck

In dit nieuwe jaar

Causeries Goethesques