Op reis

 

Op reis

Onbeknot, onbeknopt is ons verlangen.
Al direct bij het vertrek in hoger sferen,
maar scherp op onze snede, reizen we
 
van huis. Wallonië is niet geschikt
en ook in de Auvergne voelen we
ons te zeer thuis; in Umbrië: verdriet
 
van regenbuien over de heuvels.
Apulië, ja hier begint er iets
te kraken: we zien kerken en kastelen
 
in krijtwit licht; meisjes in peplos wijzen
naar de purperen zee. En ver weg vuur
en vlam. Afrika slaat zijn vleugels uit.
 
En het vrolijke Azië. De dood
is daar luisterrijk: lenig, en niet duur.
 
Maar niet het moedeloze cynisme van Houellebecq. 

Basel

Je wilt naar Irkoetsk toe, naar Samarkand,
naar Tasjkent, naar Oman, naar Karabach,
naar Mekka wil je, naar Medina, maar
echt blij ben je alleen als je naar Basel mag.
                                                               
Basel, met zijn goedgehumeurde Zwitsers,
met zijn onovertroffen horeca
en zijn oogverblindende etalages,
Basel, die stad waar krakend oude dames
 
met hun bankiers in conferentie gaan
in dichte kamertjes over een scala
van neoliberale kwalen. Basel,
die kostelijke parel aan de Rijn
 
waar ze, ’s avonds wanneer het donker wordt,
vissen in de rivier en dronken zijn.
 
Juni 2017 

Umbrië

Umbrië. Mistige heuvelsporen
in de vroege ochtend. Vrouwen zijn hier
donkere dames met donkere geheimen,

kinderen in de holte van hun lijven
die alle rijkdom erven terwijl ons
ellendig kroost zich tevreden moet stellen

met een andere wereld: modder, sloten,
gegeseld door de regen, het milieu
waarin we ons al sinds Adam bewogen:

's winters geen winter, en 's zomers geen zomer. 

Vergeefse reis

De ochtendbries verdrijft de nevel uit
de weiden en statig, in rode sluiers,
verheft de zon zich boven de fly-overs.
 
O Brussel, waarom ligt u nog te slapen?
Het diorama van de dag ontvouwt
zich al in volle glorie. De A 1
 
wemelt van auto’s en op Zaventem
verdringen reizigers zich om de balies
of lopen haastig naar hun gate of staan
 
vermoeid, verreisd, in het geharrewar
van de bagageafhandeling. U slaapt.
Lege trams rammelen door lege straten,
 
de beelden in de Jardin Botanique
poseren onbezocht op hun terrassen
en het Warandepark is uitgestorven.
 
De zon verdrijft de nevel uit de weiden,
verheft zich plechtig boven de fly-overs,
en wie als rebelleusen, wie als rovers,
 
afkwamen op uw ongenaakbaarheid,
beseffen de vergeefsheid van hun reis.
 
Ze deinzen terug en druipen af naar huis.
 
Mei 2013, Zaventem, ’s morgens rond 5.00 uur

Malaga Airport

We drinken koffie op het airport terrace
tussen nurkse kinderen en nonnen
 
en bladeren verstrooid door stapels folders,
die we op een balie hebben gevonden.
 
Achter ons de vertrekhal, voor ons ruiten
in witgeverfde sponningen van staal.
 
En op de landingsbanen, kolossaal,
tussen koolzaad, klaprozen, bloeiend gras,
 
houden Boeing en Airbus trouw de wacht, 
in onafzienbare, golvende kudden,
 
reikhalzend uitziend, snakkend naar de slacht.
De sanseveria's, die op de trappen
 
het groen verzorgen, kijken onbewogen
toe tot het tafereel wordt afgevlagd. 

Bruxelles Midi

Dit is de dag
van de stuurse Françaises
en de lachende dametjes in
knalgele jassen,
in Brussel,
Bruxelles Midi.
 
De dag
van de koekjesblikken met
glinsterende insignes, de
van frisdrank en snoep
uitpuilende tassen.
 
De dag van bemodderde treinen,
net binnen uit
het lichtzinnige zuiden en
het beledigde noorden.
 
Sjieke dametjes,
stuurse Françaises,
ze zitten en wachten, ze eten
wafels met slagroom,
ze kijken of
hun trein al wil komen.
 

 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Galathea

Goethe

Is dat de weg?

Je minnaar is van papier

Fontana

Goedemorgen, hekje

Schimmelpenninck

In dit nieuwe jaar

Causeries Goethesques